Voor elke verrichting is er een vaste vergoeding of kan de vergoeding berekend worden. De kostprijs van een tussenkomst kan dus variëren naargelang van de nodige verrichtingen en de complexiteit van het dossier. De gerechtsdeurwaarder moet zich strikt aan deze tarieven houden: hij kan geen hoger bedrag vragen dan wettelijk is bepaald en mag ook geen kortingen toestaan.
Tarief in burgerlijke en handelszaken
30 november 1976 - Koninklijk Besluit tot vaststelling van het tarief voor akten van gerechtsdeurwaarders in burgerlijke en handelszaken en van het tarief van sommige toelagen.
OPGELET: vanaf 01/10/2024 is er een nieuw tarief in werking getreden.
Klik hier om de tabel met tarieven vanaf 01/10/2024 te consulteren.
Tarief in strafzaken
23/08/2015 - Koninklijk Besluit tot vaststelling van het tarief voor prestaties van gerechtsdeurwaarders in strafzaken op vordering van de gerechtelijke overheden. (ERRATUM gepubliceerd 21/09/2015)
Interestvoeten
Wettelijke Rentevoet (Wet 5 mei 1865 betreffende de lening tegen intrest (B.S. 15 augustus 1865)) voor het jaar 2024.
Rentevoet Wet Betalingsachterstand (Wet 02/08/2002 (B.S. 07/08/2002)) voor het jaar 2024.
Indexcijfers
Voor een duidelijk beeld op de evolutie in de consumptie-, gezondheids- en huurindex, klik hier. De website van de FOD Economie biedt handige tools voor o.a. de berekening van huurindexatie.
Rechtsplegingsvergoedingen
De rechtsplegingsvergoeding is een forfaitaire tegemoetkoming in de kosten en erelonen van de advocaat van de in het gelijk gestelde partij. De bedragen worden vastgesteld onder meer in functie van de aard van de zaak en van de belangrijkheid van het geschil (Art. 1022 Ger. W.).
De bedragen van de actuele rechtsplegingsvergoedingen van toepassing vanaf 01/11/2022) kan u hier consulteren.
Er is geen rechtsplegingsvergoeding verschuldigd indien de verweerder of de gedaagde in hoger beroep vóór de inschrijving van de zaak op de rol, de eis inwilligt en zijn verbintenissen kwijt in hoofdsom, interesten en kosten.
Ingeval de verweerder, of de gedaagde in hoger beroep, na de inschrijving op de rol, de eis inwilligt en zijn verbintenissen kwijt in hoofdsom, interesten en kosten, is het bedrag van de vergoeding gelijk aan één kwart van de basisvergoeding, zonder hoger te kunnen zijn dan € 1.000,00.